Momenteel is schapenwol in Nederland een restproduct dat nauwelijks meer wordt verwerkt. Schapen worden voornamelijk gehouden voor de vleesproductie (lamsvlees) en een klein deel wordt ingezet voor natuurbegrazing ten behoeve van de biodiversiteit of de melkproductie. Door de erg lage wolprijs is de kwaliteit in de loop der jaren steeds verder achteruit gegaan. De consequentie is dat producten van wol in Nederland van erg ver komen, zoals uit Australie en Nieuw Zeeland, met veel emissies tot gevolg.
Op dit moment is de wolverwerkingsindustrie vrijwel volledig uit Nederland verdwenen. Om hierin verandering te brengen, werkten Hollands Wol Collectief, Walden studio en Provincie Zuid-Holland in het voorjaar van 2022 aan de opzet van een nieuwe, lokale wolketen in De Nieuwe Weg van Wol. In dit project onderzochten we hoe we met wol de circulaire economie in praktijk kunnen brengen. Een centrale verwerkingslocatie, die voldoet aan alle circulaire voorwaarden, het ‘Wolhalla,’ blijkt de sleutel om de ontbrekende stappen in de wolketen te realiseren. Klik op de plusjes in onderstaand visueel essay om meer te lezen over deze ‘Nieuwe weg van wol’.
De nieuwe weg van wol
type project onderzoek & ontwikkeling
samenwerking Hollands Wol Collectief, Provincie Zuid Holland, Stimuleringsfonds
status & data opgeleverd 2022
locatie Zuid-Holland
-
In een centrale circulaire verwerkingslocatie, het 'Wolhalla', worden de nu missende stappen in de wolketen mogelijk gemaakt: inzamelen, sorteren, wassen, opslaan en verwerken van de wol tot halffabricaat (vilt). Wolhalla heeft een voorbeeldfunctie voor de circulaire maakindustrie.
-
Wolhalla is aangesloten op een bestaand industrieterrein waardoor reststromen uit de wolverwerking direct in andere producten kunnen worden verwerkt. Denk hierbij aan lanoline (wolvet) dat wordt gebruikt in cosmetica of het opwaarderen van uitgesorteerde wol tot bodemverbeteraar (wol is volledig biologisch afbreekbaar en vormt zo een goede meststof voor planten).
-
Samenwerking met andere verwerkers van reststromen levert mogelijkheden op om grote investeringen (elektrisch vervoer, waterbehoefte) te delen en reststromen uit te wisselen. Ook kan de opslagruimte op het industrieterrein worden gedeeld met een andere industrie die buiten de scheermomenten opslag nodig heeft (bijv. seizoensgebonden gewassen).
-
Voor het inpassen van het Wolhalla is er gezocht naar een logistiek praktisch punt, centraal in Zuid-Holland en Nederland, goed aangesloten op snelwegen. De locatie is geoptimaliseerd op de minste transportbewegingen, zodat de ecologische voetafdruk minimaal is.
-
Een bedrijventerrein in Zoetermeer voldoet aan alle voorwaarden en dient als voorbeeld locatie voor het Wolhalla. Voor het wasproces wordt gebruik gemaakt van de restwarmte uit de glastuinbouw.
-
Regen- en oppervlaktewater zijn schone waterbronnen om de wol te wassen, nabijgelegen waterzuivering zorgt voor hergebruik van het waswater.
-
Ook de relatie met de nabijgelegen bewoonde omgeving is waardevol doordat arbeidskrachten en expertise uit de nabijgelegen steden wordt aangetrokken.
-
Er wordt een educatieweide gecreëerd waar scholieren en andere geïnteresseerden de circulaire economie op een tastbare manier kunnen beleven.
Installatie: het vertellen van het verhaal van de Nederlandse wol
Naast het onderzoek en de ruimtelijke visie op een lokale en circulaire keten van wol werkten we aan een installatie die het verhaal van de Nederlandse wol tastbaar kan maken en kan vertellen. Enerzijds laat deze installatie zien wat er nu nog met het wol gebeurt; goedkope export voor laagwaardige toepassingen in het buitenland. Anderzijds toont het een toekomstbeeld van hoogwaardige toepassingen van Nederlandse wol.
We maakten hiervoor twee installaties. Eén van staal en ongesorteerde en ongewassen wol en één van hergebruikt eiken en gesorteerde, gewassen en gevilte wol. In beide installaties kan men plaatsnemen en zo ruiken, voelen en ervaren wat het betekent om wol als afval te behandelen of met zorg en liefde voor lokaal gebruik.
Deze installatie werd opgebouwd in het Fries Landbouw Museum en is binnenkort te zien op de Dutch Design Week.